Category ""
de naïviteit zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ naiviˈtɛit ] Afbreekpatroon: na·i·vi·teit het naïef zijn Voorbeeld: 'Dat getuigt van grenzeloze naïviteit.'
de naïviteit zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ naiviˈtɛit ] Afbreekpatroon: na·i·vi·teit het naïef zijn Voorbeeld: 'Dat getuigt van grenzeloze naïviteit.'
Naïviteit (bijbehorend adjectief naïef, van het Franse naïf, dat kinderlijk, natuurlijk, eenvoudig, ongevaarlijk betekent) is een geesteshouding die gekenmerkt wordt door onbevangenheid, eenvoud, ongekunsteldheid en openhartigheid.
Naïviteit (bijbehorend adjectief naïef, van het Franse naïf, dat kinderlijk, natuurlijk, eenvoudig, ongevaarlijk betekent) is een geesteshouding die gekenmerkt wordt door onbevangenheid, eenvoud, ongekunsteldheid en openhartigheid.
Naïef zijn is een eigenschap dat je veel kan brengen, maar ook goed in de weg kan staan. Niet alleen in jouw persoonlijke leven, maar ook op de werkvloer en een succesvolle carrière. In dit artikel leggen we krachten en de valkuilen van naïviteit verder uit.
Naïef zijn is een eigenschap dat je veel kan brengen, maar ook goed in de weg kan staan. Niet alleen in jouw persoonlijke leven, maar ook op de werkvloer en een succesvolle carrière. In dit artikel leggen we krachten en de valkuilen van naïviteit verder uit.
naïviteit [Fr.], v., 1. natuurlijke openhartigheid, onschuld, ongekunstelde eenvoud: kinderlijke naïveteit; 2. onnozelheid: naïveteit sluit altijd in een gebrek aan kritiek en aan bewuste doordenking; 3. (-en), uiting van naïveteit: hij zegt van die naïveteiten, dat je wel om hem lachen moet.
naïviteit [Fr.], v., 1. natuurlijke openhartigheid, onschuld, ongekunstelde eenvoud: kinderlijke naïveteit; 2. onnozelheid: naïveteit sluit altijd in een gebrek aan kritiek en aan bewuste doordenking; 3. (-en), uiting van naïveteit: hij zegt van die naïveteiten, dat je wel om hem lachen moet.
Naïviteit (bijbehorend adjectief naïef, van het Franse naïf, dat kinderlijk, natuurlijk, eenvoudig, ongevaarlijk betekent) is een geesteshouding die gekenmerkt wordt door onbevangenheid, eenvoud, ongekunsteldheid en openhartigheid.
Naïviteit (bijbehorend adjectief naïef, van het Franse naïf, dat kinderlijk, natuurlijk, eenvoudig, ongevaarlijk betekent) is een geesteshouding die gekenmerkt wordt door onbevangenheid, eenvoud, ongekunsteldheid en openhartigheid.
Naïviteit is niet enkel en alleen een negatieve eigenschap. Een zekere kinderlijke naïviteit maakt ook dat je openstaat voor nieuwe ervaringen en alle dingen, mensen en ideeën een kans wilt geven.
Naïviteit is niet enkel en alleen een negatieve eigenschap. Een zekere kinderlijke naïviteit maakt ook dat je openstaat voor nieuwe ervaringen en alle dingen, mensen en ideeën een kans wilt geven.
Omdat je door naïviteit soms niet de juiste keuzes kunt maken, gevolgen niet goed kunt overzien of situaties te optimistisch benadert, betekent dit dat je in het dagelijks leven in vervelende situaties kunt belanden die andere mensen kunnen vermijden.
Omdat je door naïviteit soms niet de juiste keuzes kunt maken, gevolgen niet goed kunt overzien of situaties te optimistisch benadert, betekent dit dat je in het dagelijks leven in vervelende situaties kunt belanden die andere mensen kunnen vermijden.
Een naïef persoon kan vaak onbevangen en goedgelovig zijn, zonder argwaan of achterdocht. Naïviteit kan verschillende kenmerken hebben, zoals een gebrek aan kritisch denken, het nemen van dingen letterlijk, en het geloven in de goedheid van anderen zonder twijfel.
Een naïef persoon kan vaak onbevangen en goedgelovig zijn, zonder argwaan of achterdocht. Naïviteit kan verschillende kenmerken hebben, zoals een gebrek aan kritisch denken, het nemen van dingen letterlijk, en het geloven in de goedheid van anderen zonder twijfel.
Naïviteit, naïvité, Fr., natuurlijkheid, ongekunstelde, aardige uitdrukking. Uit `De lagere vaktalen: Diamantbewerking` 1914 zie nijf. 1) Uit `De lagere vaktalen: Diamantbewerking` 1914 zie nijf. (2) onervaren, terwijl dat niet zo zou moeten zijn vb: het is nogal naïef van hem om di...
Naïviteit, naïvité, Fr., natuurlijkheid, ongekunstelde, aardige uitdrukking. Uit `De lagere vaktalen: Diamantbewerking` 1914 zie nijf. 1) Uit `De lagere vaktalen: Diamantbewerking` 1914 zie nijf. (2) onervaren, terwijl dat niet zo zou moeten zijn vb: het is nogal naïef van hem om di...
“De naïviteit over met wie je te maken hebt. Ook in Nederland hoor je mensen zeggen dat we toch afspraken met Poetin kunnen maken. Nou, die man heeft herhaaldelijk internationale afspraken aan zijn laars gelapt en politieke tegenstanders vermoord. Hij is van een totaal andere categorie dan wij gewend zijn.”[4]
“De naïviteit over met wie je te maken hebt. Ook in Nederland hoor je mensen zeggen dat we toch afspraken met Poetin kunnen maken. Nou, die man heeft herhaaldelijk internationale afspraken aan zijn laars gelapt en politieke tegenstanders vermoord. Hij is van een totaal andere categorie dan wij gewend zijn.”[4]